De volgende dag, dus de dag nadat we naar Bataviastad zijn geweest, moet Mitchell naar de GGZ. Hij heeft het de hele week er al over, dat hij denkt dat hij toch echt naast ASS, ook ADD heeft. “De psycholoog heeft zelf gezegd hè mam, dat hij het vermoeden heeft n.a.v. mijn test” zijn de woorden van Mitchell waar hij opnieuw bevestiging op vraagt.
We stappen mijn auto in en een kwartiertje later zet ik Mitchell af voor de deur van het gebouw waarin de GGZ zich bevindt. Met Mitchell heb ik afgesproken dat ik boodschapjes ga doen en dat hij maar moet bellen wanneer hij klaar is. Ik rijd naar het grote parkeerterrein en haal de spulletjes van mijn lijstje. Dan besluit ik een bak koffie te gaan drinken in een lunchroom. Mijn koffietje is bloedheet, dus wanneer mijn telefoon gaat heb ik deze nog niet op. Uiteraard is het Mitchell. “Mam waar sta je?” Ik geef aan dat ik aan de koffie zit, in dat tentje wat hij zo leuk vindt. “Daar helemaal?!”, roept hij verontwaardigd. “Kom op zeg”, geef ik als antwoord. “Je loopt toch gewoon binnendoor hierheen, je bent er zo”.
Ondertussen kan Mitchell niet wachten en vertelt door de telefoon dat hij goed én slecht nieuws heeft. En ja hoor, mijn voorgevoel klopt nagenoeg altijd. De psycholoog heeft nog geen uitslag, zoals hij twee weken geleden wel beloofd heeft vandaag te zullen geven. Het goede nieuws is dat de psych vanmiddag écht verder gaat met optellen en aftrekken van de vragenlijst, want hij was wel al begonnen, zo vertelt Mitchell. Het is al de derde afspraak achterelkaar welke niet goed gaat. Ja, ook ik baal daar wel van. Mitchell zegt mij dat de psycholoog een drukke week met allemaal ‘spoedjes’ heeft gehad. Doordat Mitchell het accepteert, zeg ik er maar niets over. We hangen op. Mitchell is in ieder geval blij met deze psycholoog, dat is het allerbelangrijkste.

Ik heb mijn koffie nog niet eens op, als ik Mitchell voorbij zie lopen. Ik klop op het raam en wuif hem naar binnen te komen. Ik vraag of hij ook een bakkie wil. Toch wel verassend zegt hij “ja een cappuccino”. En zo zitten wij voor de tweede dag buitenshuis iets te drinken. Gisteren had hij nog naast zijn Buspiron een Ritalin genomen voordat we naar Bataviastad gingen, vandaag niet.
In de auto op de terugweg vertelt Mitchell dat de psycholoog heeft aangeraden zich te gaan blootstellen aan voor hem beangstigende situaties, door dingen te gaan ondernemen en activiteiten aan te gaan. Ook heeft de psycholoog aangegeven, daarbij niet over zijn eigen grenzen heen te gaan. Daarnaast heeft de psycholoog uitgelegd dat wanneer Mitchell structureel medicatie zou slikken, het geen zin heeft om dan op de bank te gaan hangen, want dat dit dan zo niet werkt. Dit alles begrijpt Mitchell maar al te goed en ik ben heel blij met deze woorden.
Wanneer ik een berichtje uit onze regionale online krant lees over een bijeenkomst van ‘WachtVerzachter’, stuur ik deze door naar Mitchell. De dag erop zie ik Jos de papieren regionale krant op de kast leggen en een advertentie of iets dergelijks uitknippen. Nieuwsgierig vraag ik wat hij aan het uitknippen is. Hij begint te vertellen over een bijeenkomst voor jongeren in één van onze drie dorpen. ‘WachtVerzachter’ is ter overbrugging voor mensen die wachten op psychische hulp en daarbij op een lange wachtlijst staan. In dit geval gaat het om jongeren. Natuurlijk weet ik dit al, want ik heb het online artikel dus al doorgestuurd naar Mitchell. Jos legt het krantenknipsel op tafel en we zien wel wat Mitchell ermee doet.
Als Mitchell beneden komt en kijkt wat er op tafel ligt, vraag ik Mitchell of hij mijn doorgestuurde berichtje nog gelezen heeft. Ja, dat heeft hij. “Deze heeft je vader uitgeknipt en komt uit de krant”, zeg ik erbij. Twee dagen later zegt Mitchell ons dat hij een mail heeft gestuurd naar een begeleider van de bijeenkomst van ‘Wachtverzachter’. “Ik word zo teruggebeld, want ik heb veel vragen te stellen” en noemt er een tijd bij. Jos moet inmiddels naar voetbal en ik hoor Mitchell boven aan de telefoon. Na een poos dendert hij de trap af en begint te vertellen.
Mitchell heeft een hele aardige vrouw gesproken, noemt haar naam en zegt dat zijzelf een zoon heeft met ADHD en dat zij Mitchell helemaal begrijpt. Mitchell heeft vragen gesteld of er veel jongeren komen en of er geen harde muziek wordt gedraaid. Vooral bij het laatste, zou Mitchell direct omdraaien. De dame stelt zelfs voor om op de avond van de bijeenkomst wat eerder te komen, zodat Mitchell eerder opgevangen kan worden. Hier heeft Mitchell wel oren naar. En zo stuurt Mitchell weer een e-mail met een begeleidend schrijven wat hij met de vrouw heeft besproken, nu om zich aan te melden. Overigens heeft Mitchell later die week nóg een keer gebeld met een organisator.
Wauw, wat ontzettend knap! Ja, natuurlijk begrijp ik dat dit ontzettend spannend is.
Op de vrije dag van Jos gaan we een wandeling maken in het bos langs de dijk. “Nee pap, ik ga niet met jullie mee”, roept Mitchell boven aan de trap naar Jos, na zijn vraag of Mitchell gezellig mee gaat. Wanneer Jos de auto thuis weer parkeert, gaat mijn telefoon. In het schermpje licht ‘Mitchell’ op. Ik neem op en hoor aan de andere kant “waar zijn jullie nu, ik heb nieuws”. Hij moet lachen als ik zeg dat ik al één been uit de auto heb gezet en we al voor ons huis staan geparkeerd.
Nog voordat Jos de voordeur achter zich dichttrekt, begint Mitchell te vertellen dat hij de uitslag van de ADD test op de mail heeft gekregen. Nee, hij heeft deze nog niet gelezen, want hij wil dit graag met ons erbij doen. Mitchell begint het verslag voor te lezen. Het blijkt dat Mitchell als tweede diagnose toch wel ADD heeft, naast zijn autisme. De ASS, dus het autisme spectrum, is wel de ‘hoofddiagnose’. Omdat er veel overlap is gaat de psycholoog nu samen met Mitchell kijken van welk stukje ADD hij last heeft. Dit omdat Mitchell alle behandelingen gerelateerd aan autisme al heeft doorlopen, maar nog steeds bepaalde aspecten hem in de weg zitten. Daarom vonden Mitchell, Jos en ik het ook belangrijk om te weten, zodat hij beter en gerichter geholpen kan worden.
En dan is het dé vrijdag. De vrijdag van de bijeenkomst van ‘WachtVerzachter’. De hele dag is Mitchell nerveus, maar in de namiddag komt hij uit zichzelf naar beneden. “Mam, ik wil er wel iets eerder zijn hoor”. Met een rugtas met daarin zijn koptelefoon en voor de zekerheid een ‘pammetje’, stappen we in de auto. Nee, het ‘pammetje’ neemt hij niet in omdat hij dan o.a. trager is met praten en dat wil Mitchell niet.
Als we in het dorp aankomen en ik de bosweg van het scoutinggebouwtje opdraai waar de bijeenkomst plaatsvindt, vraag ik Mitchell of hij het fijn vindt dat ik even meeloop het hek door naar binnen. Ja, dat vindt hij zeker fijn. Mitchell zet zijn koptelefoon op en we lopen het pad af en het hek door. Er is al een dame van de organisatie buiten bij de deur gaan staan. Zij verwelkomt Mitchell hartelijk en ik wens Mitchell veel plezier.
De bijeenkomst is van 17.00u tot 19.30u en Mitchell gaat me bellen als hij naar huis wil. Thuis zit ik vaak met mijn gedachten bij hem. We hebben eigenlijk niet afgesproken dat als wij niets van hem horen, Jos er om 19.30u is om hem op te halen. Om 19.10u gaat mijn telefoon. “Mam je kan me komen ophalen”. Ik zeg hem dat zijn vader hem ophaalt en vraag nog even gauw hoe hij het heeft gehad. “Leuk, we hebben om het kampvuur gestaan” is zijn antwoord. Ik kan niet wachten totdat Mitchell thuis is om zijn verhaal te horen.
Als ze dan thuiskomen had er natuurlijk ook een kans bestaan dat Mitchell zich liever eerst zou terugtrekken, maar hij komt bij ons in de woonkamer zitten en zegt wel ‘kapot moe’ te zijn. Dan begint hij te vertellen, dat ze met zijn tienen waren en ze met een paar rond het kampvuur hebben gestaan om broodjes te bakken. Mitchell had meteen een klik met een jongen van zijn eigen leeftijd en zij zijn de hele avond met elkaar opgetrokken. Mitchell vertelt dat zijn eerste broodje verbrand was en het tweede broodje niet gaar. “Die verbrand was ik in het vuur gegooid en pas de derde kon ik smakelijk naar binnen werken”. We moeten natuurlijk lachen om die woorden.
Er waren ook snackjes en drinken. Mitchell vertelt nog dat de vrouwen van de organisatie erg aardig waren. De dames hebben gewacht totdat Jos er was omdat iedereen al weg was. Het enig minpuntje was dat er even twee jongens bij het kampvuur kwamen staan die niet bij ‘WachtVerzachter’ hoorde en zij het alleen maar over cocaïne en het dealen ervan hadden. Mitchell voelde zich daar niet comfortabel bij, maar zij gingen gelukkig snel weg. “Daarna ontspande ik wel hoor en ik heb ook grapjes gemaakt”. Ja, dat is de ware Mitchell! Wat zijn we trots op hem! Trots, dat hij deze bijeenkomst heeft bijgewoond!
Volg ons op facebook
Reactie plaatsen
Reacties
Wat een groei doorloopt Mitchell nu. Wat fijn om te "zien" en te lezen. Hij komt er wel. Hele fijne jaarwisseling en heel veel goeds voor 2025. (Ik denk nog regelmatig aan onze oud en nieuw avondjes)😁
Ja, ontzettend fijn! Hopelijk worden zijn zorgen over de toekomst aankomend jaar ook minder. Dankjewel, voor jullie ook een mooie jaarwisseling! (Wat waren ze leuk! 😄)
Wow wat stoer dat Mitchell naar de bijeenkomst ging en enthousiast was. Weer een lichtpuntje lieverds😘
Zeker stoer van hem! Is absoluut weer een lichtpuntje! Dank je Karin! 🥰
Wat een goed gevoel geef jij weer in dit verslag! Hier wordt iedereen vrolijk van!
Wat mooi dat je dit zo voelt! Dank Frans!
Je merkt wel dat hij sprongen vooruit maakt.
Deze hoop vasthouden . Denk dat dit wel gaat lukken al blijft er een kans dat hij mss 1 of 2 stapjes terug doet, en daarna weer vooruit gaat
Hij maakt zeker sprongen vooruit. Je hebt gelijk dat er een kans bestaat dat er weer een keer 1 of 2 stapjes terug worden gezet. Echter het 'herstel' gaat veel sneller dan voorheen.